Übersetzungen für „überzeugungstreu“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

Über·ˈzeu·gung <Überzeugung, Überzeugungen> [yːbɐˈ͜ts ͜ɔygʊŋ] SUBST f

Überzeugung

overtuiging

im Brustton der Überzeugung

op een toon van zelfverzekerdheid [o. van volle overtuiging]

die Überzeugung gewinnen

tot de overtuiging komen

der Überzeugung sein

de overtuiging toegedaan zijn

über·ˈzeu·gen [yːbɐˈ͜ts ͜ɔygn̩] VERB trans

überzeugen

overtuigen

Über·ˈle·gung <Überlegung, Überlegungen> [yːbɐˈleːgʊŋ] SUBST f

Überlegung (das Überlegen)

overleg nt

Überlegung (Erwägungen)

overweging

Überlegung (Erwägungen)

beraad nt

Überlegungen anstellen

overleggen

Überlegungen anstellen

nadenken

aus diesen Überlegungen heraus

op grond van deze overwegingen