Übersetzungen für „brennröten“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

ˈbren·nend [ˈbrɛnənt] ADJ

brennend (Frage, Schmerzen)

brandend

brennend (Interesse)

gloeiend

brennend gern

vreselijk graag

brennend nötig

hoognodig

ˈbrenn·bar [-baːɐ̯] ADJ

brennbar

brandbaar

Bren·ne·ˈrei <Brennerei, Brennereien> [brɛnəˈr͜ai ] SUBST f

1. Brennerei:

Brennerei

branderij

Brennerei

stokerij

Brennerei

distilleerderij

2. Brennerei kein Pl:

Brennerei

het branden

ˈBrenn·holz SUBST nt kein Pl

Brennholz

brandhout nt

ˈBrenn·stab SUBST m PHYS

Brennstab

brandstofelement

ˈBrenn·wei·te SUBST f PHYS

Brennweite

brandpuntsafstand

ver·ˈbo·ten [fɛɐ̯ˈboːtn̩] ADJ ugs

verboten

onmogelijk

verboten

zonderling

sie sieht ja verboten aus

ze ziet er werkelijk onmogelijk uit

von·ˈnö·ten [fɔnˈnøːtn̩] ADV

viel Geduld ist vonnöten

er is veel geduld voor nodig

vonnöten sein

nodig [o. van node] [o. vandoen] zijn

ver·ˈkno·ten¹ [fɛɐ̯ˈknoːtn̩] VERB trans

verknoten

een knoop leggen (in)

verknoten

met een knoop vastmaken

ent·ˈkno·ten [-ˈknoːtn̩] VERB trans

entknoten

losknopen

entknoten

ontknopen