Übersetzungen für „nachschiebend“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

ˈnach·schi·cken VERB trans

nachschicken (nachsenden)

(achter)nazenden

nachschicken (hinterdrein schicken)

(achter)nasturen

ˈnach·schau·en VERB trans südd A CH (nachschlagen, nachsehen)

nachschauen

nakijken

nachschauen

nazien

ˈnach·schen·ken VERB trans geh

nachschenken

bijschenken

ˈnach·schla·gen¹ VERB intr unreg

1. nachschlagen:

nachschlagen

naslaan

2. nachschlagen geh (jdm ähneln):

nachschlagen

aarden naar

ˈdurch·schie·ben VERB trans unreg

durchschieben

erdoor schuiven [o. duwen]

ˈnächst·lie·gend [-ˈliːgn̩t] ADJ

nächstliegend

het meest [o. onmiddellijk] voor de hand liggend

ˈnach·ge·ben² VERB trans unreg

1. nachgeben (beim Essen nachservieren):

nachgeben

naserveren

nachgeben

nogmaals serveren

nachgeben

bedienen

sich Dat noch etw Fleisch nachgeben lassen

zich nog vlees laten serveren

2. nachgeben (einlenken):

nachgeben

toegeven

ˈschie·ben¹ <schob, geschoben> [ˈʃiːbn̩] VERB trans

schieben

(voort)schuiven

schieben

(voort)duwen

das Fahrrad auf den Berg schieben

de fiets de berg op duwen

er schob seine Schmerzen auf das Wetter

hij gaf het weer de schuld voor zijn pijn

jdn schieben übtr (antreiben)

iem ertoe brengen (iets te doen)

etw zur Seite schieben übtr

iets terzijde schuiven

jdm eine schieben ugs

iem een oorveeg geven

ˈNach·schub <Nachschub(e)s, Nachschübe> SUBST m selten Pl

1. Nachschub ugs MILIT a. übtr (zusätzlich erbetene Verpflegung):

Nachschub

bevoorrading

Nachschub an Proviant

ravitaillering

Nachschub an Proviant

proviandering

2. Nachschub MILIT:

Nachschub a. übtr

nieuw materieel nt

Nachschub a. übtr

nieuwe (materiaal)voorraad

ˈNach·le·ben SUBST nt

Nachleben

het voortleven in de herinnering

ˈnach·sen·den VERB trans unreg

nachsenden

(achter)nazenden