Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „doorgaan“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch (Springe zu Deutsch » Niederländisch)

door·gaan1 <ging door, h./i. doorgegaan> [dorɣan] VERB trans (zich bewegen door)

doorgaan
gehen durch +Akk

door·gaan2 <ging door, i. doorgegaan> [dorɣan] VERB intr

1. doorgaan (verder gaan):

doorgaan
doorgaan spoorw.

3. doorgaan (voortduren):

doorgaan

4. doorgaan (door een ruimte, opening gaan):

doorgaan

6. doorgaan (ingaan op):

doorgaan
laten we daar maar niet over doorgaan

7. doorgaan (aangezien worden voor):

doorgaan
voor slim doorgaan

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski