Übersetzungen für „exploten“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

ex·plo·ˈdie·ren [ɛksploˈdiːrən] VERB intr

explodieren

exploderen

explodieren übtr

ontploffen

ex·plo·ˈsiv [ɛksploˈziːf] ADJ

explosiv

explosief

ein explosives Temperament

een licht ontvlambaar temperament

ˈaus·lo·ten VERB trans

1. ausloten NAUT:

ausloten

(af)loden

ausloten

peilen

das Fahrwasser ausloten

de diepte van het vaarwater loden [o. peilen]

2. ausloten TECH:

ausloten

loden

eine Mauer ausloten

een muur loden

3. ausloten geh übtr (ergründen):

ausloten

peilen

ausloten

doorgronden

ˈlo·ten [ˈloːtn̩] VERB trans

loten

loden

Ex·plo·si·ˈon <Explosion, Explosionen> [-ˈzi̯oːn] SUBST f

Explosion

explosie

Explosion

ontploffing

ver·ˈkno·ten¹ [fɛɐ̯ˈknoːtn̩] VERB trans

verknoten

een knoop leggen (in)

verknoten

met een knoop vastmaken

ent·ˈkno·ten [-ˈknoːtn̩] VERB trans

entknoten

losknopen

entknoten

ontknopen