Übersetzungen für „aantekenen“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

aan·te·ke·nen¹ <tekende aan, h. aangetekend> [antekənə(n)] VERB trans

1. aantekenen:

aantekenen (opschrijven)

notieren

aantekenen (brief)

einschreiben

hoger beroep aantekenen jur.

Berufung einlegen

cassatie aantekenen

Revision einlegen

verzet aantekenen tegen iets übtr

Einspruch gegen etw erheben

2. aantekenen (vermelden):

aantekenen

bemerken

daarbij tekende spreker aan dat …

dazu bemerkte der Sprecher, dass …

aan·te·ke·nen² <tekende aan, h. aangetekend> [antekənə(n)] VERB intr (zich in ondertrouw laten opnemen)

aantekenen

das Aufgebot bestellen

Beispielsätze für aantekenen

cassatie aantekenen

Revision einlegen

appel aantekenen

in die Berufung gehen

verzet aantekenen tegen iets übtr

Einspruch gegen etw erheben

hoger beroep aantekenen jur.

Berufung einlegen

de absenten aantekenen

die Abwesenden notieren

protest aantekenen tegen

Protest [o. Einspruch] erheben gegen