Übersetzungen für „aftrek“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

af·trek [ɑftrɛk] SUBST m geen Pl

1. aftrek (het verminderen):

aftrek

Abzug m

aftrek van preventieve hechtenis

Anrechnung der Untersuchungshaft

na aftrek van de onkosten

nach Abzug der Unkosten

na [o. onder ] aftrek van 2 procent

abzüglich 2 Prozent

de aftrek voor kinderen

die Vergünstigung für Kinder

2. aftrek (bedrag):

aftrek

Preisnachlass m

de aftrek bedraagt € 10,-

der Preisnachlass beträgt 10 €

3. aftrek (afname):

aftrek

Absatz m

gretig aftrek vinden

reißenden Absatz finden

Beispielsätze für aftrek

de aftrek bedraagt € 10,-

der Preisnachlass beträgt 10 €

aftrek van preventieve hechtenis

Anrechnung der Untersuchungshaft

de aftrek voor kinderen

die Vergünstigung für Kinder

gretig aftrek vinden

reißenden Absatz finden

na aftrek van de onkosten

nach Abzug der Unkosten

na [o. onder ] aftrek van 2 procent

abzüglich 2 Prozent

wij verkopen koffie en thee, welke artikelen veel aftrek vinden

wir verkaufen Kaffee und Tee, welche Artikel großen Absatz finden