Niederländisch » Deutsch

jaar·ver·ga·de·ring <jaarvergadering|en> [jarvərɣadərɪŋ] SUBST f

frac·tie·lei·der <fractieleider|s> [frɑksilɛidər] SUBST m

fractieleider → fractievoorzitter

Siehe auch: fractievoorzitter

frac·tie·voor·zit·ter <fractievoorzitter|s> [frɑksivorzɪtər] SUBST m

bonds·ver·ga·de·ring <bondsvergadering|en> [bɔn(t)sfərɣadərɪŋ] SUBST f

1. bondsvergadering (bond):

le·den·ver·ga·de·ring <ledenvergadering|en> [ledə(n)vərɣadərɪŋ] SUBST f

spoed·ver·ga·de·ring <spoedvergadering|en> [sputfərɣadərɪŋ] SUBST f

frac·tie·voor·zit·ter <fractievoorzitter|s> [frɑksivorzɪtər] SUBST m

toe·na·de·ring <toenadering|en> [tunadərɪŋ] SUBST f

scha·de·ver·ze·ke·ring <schadeverzekering|en> [sxadəvərzekərɪŋ] SUBST f

ver·ne·de·ring <vernedering|en> [vərnedərɪŋ] SUBST f


Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski