Übersetzungen für „herleiden“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

her·lei·den <herleidde, h. herleid> [hɛrlɛidə(n)] VERB trans

herleiden (vereenvoudigen)

zurückführen

herleiden (afleiden)

ableiten

herleiden (omrekenen)

umrechnen

een breuk herleiden wisk.

einen Bruch verwandeln

iets tot iets herleiden

etw auf etw Akk zurückführen

dollars tot euro's herleiden

Dollar in Euro umrechnen

Beispielsätze für herleiden

dollars tot euro's herleiden

Dollar in Euro umrechnen

iets tot iets herleiden

etw auf etw Akk zurückführen

een breuk vereenvoudigen/herleiden

einen Bruch kürzen/umwandeln

een breuk herleiden wisk.

einen Bruch verwandeln