Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „langs“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch (Springe zu Deutsch » Niederländisch)

langs1 [lɑŋs] ADV

1. langs (in de lengte naast):

langs
entlang-
langs
an +Dat … entlang-
de kust langs varen
de kust langs varen

2. langs (aan):

langs
vorbei-
ik kom nog weleens langs

3. langs (voorbij):

langs
vorbei-
langs
hij kwam net langs

4. langs (in de lengte, richting van):

langs
entlang-
de weg langs gaan (lopen)
de weg langs gaan (rijden)
ervan langs krijgen (slaag)
iem ervan langs geven

langs2 [lɑŋs] PRÄP

1. langs (in de lengte van):

langs
langs
an +Datentlang
hij staat langs de kant
hij staat langs de kant ook übtr
er staan bomen langs de weg

4. langs (aan bij):

langs
bei +Dat … vorbei-

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski