Übersetzungen für „omhoog“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

om·hoog [ɔmhox] ADV

1. omhoog (in de hoogte):

omhoog

in die Höhe

omhoog

empor form

omhoog

hoch-

omhoog

hinauf-

omhoog

empor- form

naar omhoog

nach oben

naar omhoog

in die Höhe

van omhoog

von oben

van omhoog

aus der Höhe

2. omhoog (naar boven):

omhoog

nach oben

omhoog

aufwärts

omhoog

empor form

omhoog

hoch-

omhoog

hinauf-

omhoog

empor- form

het raampje omhoog draaien

das Fenster hochdrehen [o. hochkurbeln]

handen omhoog!

Hände hoch!

de luchtballon zweefde omhoog

der Luftballon schwebte in die Höhe [o. schwebte empor]

Beispielsätze für omhoog

van omhoog

aus der Höhe

naar omhoog

nach oben

handen omhoog!

Hände hoch!

het raampje omhoog draaien

das Fenster hochdrehen [o. hochkurbeln]

het gras schiet omhoog

das Gras schießt in die Höhe

de prijzen schieten omhoog

die Preise schnellen in die Höhe

de luchtballon zweefde omhoog

der Luftballon schwebte in die Höhe [o. schwebte empor]

de kijkcijfers vlogen omhoog übtr

die Einschaltquote schnellte in die Höhe

zich omhoog werken

sich hocharbeiten

recht omhoog/omlaag

gerade hoch/herunter

handen omhoog (of ik schiet)!

Hände hoch (oder ich schieße)!

het pad gaat steil omhoog

der Weg fällt steil an

met zijn poten omhoog liggen ugs

sich die Radieschen von unten ansehen [o. betrachten]

de prijzen gingen met sprongen omhoog

die Preise stiegen sprunghaft an

hij stak de beide armen omhoog

er reckte beide Arme hoch [o. empor]