Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „ontvangst“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch (Springe zu Deutsch » Niederländisch)

ont·vangst <ontvangst|en> [ɔntfɑŋst] SUBST f

1. ontvangst:

ontvangst (het krijgen van iets)
ontvangst (het krijgen van iets)
ontvangst adm.
Erhalt m
ontvangst (het binnenkomen, geld, goederen, post e.d.) adm.
iets in ontvangst nemen
voor ontvangst tekenen

2. ontvangst (het innen van geld):

ontvangst
ontvangst

3. ontvangst (het opvangen van signalen):

ontvangst

4. ontvangst (inkomsten):

ontvangst

5. ontvangst (onthaal):

ontvangst
ontvangst
ontvangst

6. ontvangst (receptie):

ontvangst

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski