Übersetzungen für „verbaal“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

ver·baal¹ <ver|balen> [vɛrbal] SUBST nt (proces-verbaal)

verbaal

Strafmandat nt

ver·baal² [vɛrbal] ADJ (wat het spreken betreft)

verbaal

rednerisch

verbaal

sprachlich

zij is verbaal bijzonder begaafd

sie ist sehr sprachgewandt

ver·baal³ [vɛrbal] ADJ (mondeling)

verbaal ook taalk.

verbal

non-ver·baal [nɔnvɛrbal] ADJ

non-verbaal

nonverbal

pro·ces-ver·baal <processen-verbaal> [prosɛsfərbal] SUBST nt

1. proces-verbaal:

proces-verbaal (bekeuring)

Anzeige f

proces-verbaal (verkeersovertredingen ook)

Strafmandat nt

een proces-verbaal aan zijn broek krijgen ugs

einen Strafzettel verpasst bekommen

een proces-verbaal uitschrijven voor iem

Anzeige gegen jdn erstatten

een proces-verbaal uitschrijven voor iem

jdm ein Strafmandat erteilen

2. proces-verbaal (schriftelijk vastgelegd proces):

proces-verbaal

Protokoll nt

een proces-verbaal van een discussie in de Tweede Kamer

ein Sitzungsprotokoll der Zweiten Kammer

proces-verbaal opmaken van de getuigenverklaring

die Zeugenaussage zu Protokoll nehmen

het proces-verbaal van de terechtzitting

das Verhandlungsprotokoll

Beispielsätze für verbaal

een proces-verbaal opmaken

ein Strafmandat erteilen

zij is verbaal bijzonder begaafd

sie ist sehr sprachgewandt

een proces-verbaal aan zijn broek krijgen ugs

einen Strafzettel verpasst bekommen

proces-verbaal opmaken van de getuigenverklaring

die Zeugenaussage zu Protokoll nehmen

het proces-verbaal van de terechtzitting

das Verhandlungsprotokoll

een proces-verbaal uitschrijven voor iem

Anzeige gegen jdn erstatten

een proces-verbaal van een discussie in de Tweede Kamer

ein Sitzungsprotokoll der Zweiten Kammer