Übersetzungen für „herdreaktion“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

her·druk·ken <herdrukte, h. herdrukt> [hɛrdrʏkə(n)] VERB trans

herdrukken

neu drucken

herdrukken

neu auflegen

her·de·rin <herderin|nen> [hɛrdərɪn] SUBST f

herderin

Hirtin f

herderin (van schapen)

Schäferin f

her·den·ken <herdacht, h. herdacht> [hɛrdɛŋkə(n)] VERB trans

1. herdenken (de herinnering vieren):

herdenken

gedenken +Gen

de wapenstilstand herdenken

des Waffenstillstands gedenken

2. herdenken (in herinnering brengen):

herdenken

erinnern an +Akk

de redenaar herdacht de grote gaven van de overledene

der Redner erinnerte an die großen Gaben des Verstorbenen

3. herdenken (zich weer in gedachten brengen):

herdenken

zurückdenken an +Akk

zij herdacht het gebeurde

sie dachte an den Vorfall zurück

her·den·king <herdenking|en> [hɛrdɛŋkɪŋ] SUBST f (viering)

herdenking

Gedenkfeier f

herdenking

Gedächtnisfeier f

de herdenking van een dode

die Totenfeier

ter herdenking van

zur Erinnerung an +Akk

zend·sta·ti·on [zɛntsta(t)ʃɔn]

zendstation [[o. zɛntstɑsjɔn]] zendstation|s SUBST nt:

zendstation

Sendestation f