Übersetzungen für „kindersicherung“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

kin·der·be·scher·ming [kɪndərbəsxɛrmɪŋ] SUBST f geen Pl

kinderbescherming jur.

Jugendschutz m

kinderbescherming (welzijnswerk)

Jugendhilfe f

kinderbescherming (welzijnsinstantie)

Jugendamt nt

Raad voor de Kinderbescherming

Jugendamt nt

kin·der·schoen <kinderschoen|en> [kɪndərsxun] SUBST m

kinderschoen

Kinderschuh m

nog in de kinderschoenen staan

noch in den Kinderschuhen [o. Anfängen] stecken

de kinderschoenen ontgroeid zijn

den Kinderschuhen entwachsen sein

kin·der·ach·tig <kinderachtige, kinderachtiger, kinderachtigst> [kɪndərɑxtəx] ADJ

1. kinderachtig (als van, voor een kind):

kinderachtig

kindisch

de beloning is niet kinderachtig

die Belohnung ist nicht gering

een kinderachtige portie

eine mickrige Portion

dat boek is te kinderachtig voor zo'n grote jongen

das Buch ist zu kindisch für so einen großen Jungen

2. kinderachtig abw:

kinderachtig

kindisch

kinderachtig (onnozel)

albern

dat kinderachtige gedoe (gedrag)

dieses kindische Benehmen

dat kinderachtige gedoe (bedoening)

diese Kindereien

kin·der·spel <kinderspel|en> [kɪndərspɛl] SUBST nt

kinderspel

Kinderspiel nt

kin·der·stoel <kinderstoel|en> [kɪndərstul] SUBST m

kinderstoel

Kinderstuhl m

kin·der·me·nu <kindermenu|'s> [kɪndərməny] SUBST nt

kindermenu

Kindermenü nt

kindermenu

Kinderteller m

kin·der·lied <kinder|liederen> [kɪndərlit] SUBST nt

kinderlied

Kinderlied nt

kin·der·ja·ren [kɪndərjarə(n)] SUBST

kinderjaren

Kinderjahre Pl

kinderjaren (kindertijd)

Kinderzeit f

kin·der·ka·mer <kinderkamer|s> [kɪndərkamər] SUBST f

kinderkamer

Kinderzimmer nt

kin·der·op·vang [kɪndərɔpfɑŋ] SUBST m geen Pl

kinderopvang

Kinderkrippe f

kin·der·te·huis <kinder|tehuizen> [kɪndərtəhœys] SUBST nt

kindertehuis

Kinderheim nt

kin·der·wa·gen <kinderwagen|s> [kɪndərwaɣə(n)] SUBST m

kinderwagen

Kinderwagen m