Übersetzungen für „quittenmus“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

quit·te [kit] ADJ

quitte

quitt

quitte of dubbel spelen übtr

alles aufs Spiel setzen

quitte spelen

unterm Strich bei null rauskommen

wij zijn [o. staan ] quitte ook übtr

wir sind quitt

quil·ten <quiltte, h. gequilt> [kwɪltə(n)] VERB trans

quilten

quilten

bui·ten·man <buiten|lieden, buiten|lui> [bœytəmɑn] SUBST m

buitenman

Dorfbewohner m

buitenman

Landbewohner m

burgers en buitenlui

Städter und Landbewohner

uit·tes·ten <testte uit, h. uitgetest> [œytɛstə(n)] VERB trans

uittesten

austesten

iets op iem uittesten

etw an jdm austesten

uit·tel·len <telde uit, h. uitgeteld> [œytɛlə(n)] VERB trans

1. uittellen (uitbetalen):

uittellen

auszahlen

2. uittellen (bokssport):

uittellen

auszählen

tel uit je winst (wat dat oplevert)

da kommt schon einiges zusammen

tel uit je winst (wat dat kost)

das geht ganz schön ins Geld

uitgeteld zijn (doodmoe)

kaputt sein