Übersetzungen für „verknipst“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

ver·knip·pen <verknipte, h. verknipt> [vərknɪpə(n)] VERB trans

1. verknippen (door knippen verdelen):

verknippen

zerschneiden

2. verknippen (knippend bederven):

verknippen

verschneiden

een lap stof verknippen

ein Stück Stoff verschneiden

ver·knocht [vərknɔxt] ADJ

aan iem/iets verknocht zijn

an jdm/etw hängen

aan iem/iets verknocht zijn

jdm/etw sehr zugetan sein

ver·koop·ster <verkoopster|s> [vərkopstər] SUBST f

verkoopster weibliche Form von verkoper

Siehe auch: verkoper

ver·ko·per <verkoper|s> [vərkopər] SUBST m

verkoper

Verkäufer m

ver·ko·pen¹ <verkocht, h. verkocht> [vərkopə(n)] VERB intr (verkocht worden)

verkopen

sich verkaufen

het boek verkoopt slecht

das Buch verkauft sich schlecht

ver·ko·per <verkoper|s> [vərkopər] SUBST m

verkoper

Verkäufer m

ver·knal·len <verknalde, h. verknald> [vərknɑlə(n)] VERB trans

1. verknallen (bederven):

verknallen

vermasseln

ik heb alles verknald!

ich habe alles vermasselt!

2. verknallen (aan vuurwerk verschieten):

verknallen

verballern

ver·knoei·en <verknoeide, h. verknoeid> [vərknujə(n)] VERB trans

1. verknoeien (verprutsen):

verknoeien

verderben

verknoeien

vermasseln ugs

de boel verknoeien

die Sache vermasseln

2. verknoeien (verspillen):

verknoeien

vergeuden

verknoeien

verschwenden

zijn geld verknoeien

sein Geld verschwenden

zijn tijd verknoeien (aan iets)

seine Zeit (mit etw) vergeuden