Übersetzungen für „kippenfarm“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

(Springe zu Niederländisch » Deutsch)

ˈkip·pen² [ˈkɪpn̩] VERB trans

1. kippen (schräg stellen):

kippen

(doen) kantelen

kippen

(doen) kiepen

einen Schrank kippen

een kast kantelen [o. op haar kant zetten]

2. kippen (schütten):

kippen

uitgooien

kippen

(uit)kieperen

3. kippen ugs (schnell trinken):

kippen

drinken

einen Schnaps kippen

een borrel achteroverslaan

4. kippen (scheitern lassen):

kippen

afgelasten

kippen

niet uitzenden

kippen

afschaffen

ˈRip·pen·fell SUBST nt

Rippenfell

borstvlies nt

ˈKip·per <Kippers, Kipper> [ˈkɪpɐ] SUBST m (Fahrzeug mit schüttbarem Material)

Kipper

kieper

Kipper

kiepauto

Kipper

kiepwagen

ˈkip·peln [ˈkɪpl̩n] VERB intr ugs

kippeln

wankelen

kippeln

wiebelen