Übersetzungen für „Stärkeren“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

mar·ke·ren <markeerde, h. gemarkeerd> [mɑrkerə(n)] VERB trans

markeren

markieren

een weg met borden markeren

einen Weg mit Schildern markieren

de pas markeren

auf der Stelle treten

par·ke·ren <parkeerde, h. geparkeerd> [pɑrkerə(n)] VERB trans

parkeren

parken

verboden te parkeren

Parken verboten

stay·e·ren <stayerde, h. gestayerd> [stejərə(n)] VERB intr

1. stayeren (wielersport):

stayeren

Steherrennen nt

2. stayeren (een duurloop houden):

stayeren

eine Langstrecke laufen

stag·ne·ren <stagneerde, h. gestagneerd> [stɑɣnerə(n)] VERB intr

stagneren

stocken

stagneren

stagnieren form

em·bar·ke·ren¹ <embarkeerde, i. geëmbarkeerd> [ɛmbɑrkerə(n)] VERB intr (aan boord gaan)

embarkeren

sich einschiffen