-
- |
- Service / Hilfe
- |
- Kontakt
- |
- B2B
- Mein PONS
Niederländisch » Deutsch
Übersetzungen für „autorisatie“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch (Springe zu Deutsch » Niederländisch)
Ergebnis-Übersicht
- au·to·ri·tair
- Adjektiv und Adverb
- quo·ti·sa·tie
- Nomen
- au·to·ri·teit
- Nomen
- po·la·ri·sa·tie
- Nomen
- au·to·ma·tiek
- Nomen
- au·to·ra·dio
- Nomen
- ko·lo·ni·sa·tie
- Nomen
- ca·te·chi·sa·tie
- Nomen
- im·pro·vi·sa·tie
- Nomen
- ste·ri·li·sa·tie
- Nomen
- au·to·rij·den
- Verb
- re·a·li·sa·tie
- Nomen
- ci·vi·li·sa·tie
- Nomen
- ka·na·li·sa·tie
- Nomen
- le·ga·li·sa·tie
- Nomen
- mo·bi·li·sa·tie
- Nomen
- or·ga·ni·sa·tie
- Nomen
- au·to·da·ting
- Nomen
- au·to·ma·tis·me
- Nomen
Meintest du vielleicht:
quotisatie
,
autoritair
,
kolonisatie
,
autoradio
,
automatiek
,
polarisatie
,
autoriteit
,
sterilisatie
,
improvisatie
,
catechisatie
,
automatisme
,
autodating
,
organisatie
,
mobilisatie
,
legalisatie
,
kanalisatie
,
civilisatie
,
realisatie
und
autorijden
au·to·ri·tair <autoritaire, autoritairder, autoritairst> [ɑutoritɛːr, otoritɛːr] ADJ
au·to·ri·teit <autoriteit|en> [ɑutoritɛit, otoritɛit] SUBST f
1. autoriteit ((iem van) erkend gezag):
2. autoriteit (overheidslichaam, overheidspersoon):
-
Behörde f
po·la·ri·sa·tie <polarisatie|s> [polariza(t)si] SUBST f
1. polarisatie nat.:
2. polarisatie:
au·to·ma·tiek <automatiek|en> [ɑutomatik] SUBST nt of f
ko·lo·ni·sa·tie <kolonisatie|s> [koloniza(t)si] SUBST f
ca·te·chi·sa·tie <catechisatie|s> [katəxiza(t)si] SUBST f
im·pro·vi·sa·tie <improvisatie|s> [ɪmproviza(t)si] SUBST f
ste·ri·li·sa·tie <sterilisatie|s> [steriliza(t)si] SUBST f
au·to·rij·den <reed auto, h. autogereden> [ɑutorɛidə(n), otorɛidə(n)] VERB intr
re·a·li·sa·tie <realisatie|s> [rejaliza(t)si] SUBST f
ci·vi·li·sa·tie <civilisatie|s> [siviliza(t)si] SUBST f
ka·na·li·sa·tie <kanalisatie|s> [kanaliza(t)si] SUBST f
1. kanalisatie (aanleg van kanalen):
-
Kanalbau m
2. kanalisatie scheepv.:
le·ga·li·sa·tie <legalisatie|s> [leɣaliza(t)si] SUBST f
mo·bi·li·sa·tie <mobilisatie|s> [mobiliza(t)si] SUBST f
1. mobilisatie (handeling):
2. mobilisatie (periode):
or·ga·ni·sa·tie <organisatie|s> [ɔrɣaniza(t)si] SUBST f
1. organisatie (het organiseren):
2. organisatie (het georganiseerd zijn, de wijze):
3. organisatie (vereniging):
-
Verband m
au·to·ma·tis·me <automatisme|n> [ɑutomatɪsmə, otomatɪsmə] SUBST nt
Wörterbuch durchsuchen
Niederländisch