Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „aanbesteden“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch (Springe zu Deutsch » Niederländisch)

aan·be·ste·den <besteedde aan, h. aanbesteed> [ambəstedə(n)] VERB trans

1. aanbesteden (voor prijsopgave beschikbaar stellen):

aanbesteden

2. aanbesteden (de uitvoering opdragen):

aanbesteden
aanbesteden
bij een firma een opdracht aanbesteden
een werk aanbesteden

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski