Übersetzungen für „brouilleren“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

(Springe zu Niederländisch » Deutsch)

bril·ˈlie·ren [brɪlˈjiːrən] VERB intr geh

brillieren

uitblinken

brillieren

schitteren

pa·trouil·ˈlie·ren [patrʊlˈjiːrən] VERB intr

patrouillieren

patrouilleren

patrouillieren

op patrouille zijn

bro·ˈschie·ren [brɔˈʃiːrən] VERB trans VERLAG

broschieren

brocheren

broschieren

innaaien

ˈtril·lern² [ˈtrɪlɐn] VERB intr

1. trillern:

trillern

trillers maken [o. zingen]

trillern

trillen

2. trillern a. ORN (Vögel):

trillern

kwinkeleren

trillern

tierelieren

3. trillern (flöten):

trillern

fluiten

eine Pfeife trillerte

een fluit(je) weerklonk schril

bei jdm trillert es ugs

aan [o. bij] iem is een steekje los

de·stil·ˈlie·ren [dɛstɪˈliːrən] VERB trans

1. destillieren:

destillieren

distilleren

2. destillieren übtr:

destillieren

distilleren

destillieren

afleiden

de·tail·ˈlie·ren [detaˈjiːrən] VERB trans

1. detaillieren:

detaillieren

detailleren

einen Plan detaillieren

de bijzonderheden van een plan geven

2. detaillieren WIRTSCH:

detaillieren

en détail verkopen

Feuil·le·ton <Feuilletons, Feuilletons> [fœjəˈtõː, ˈfœjətõ] SUBST nt (Zeitungsteil)

Feuilleton

culturele bladzijde van een krant

tail·ˈlie·ren [taˈjiːrən] VERB trans

taillieren

tailleren

email·ˈlie·ren [emaˈjiːrən, emalˈ-] VERB trans

emaillieren

emailleren

os·zil·ˈlie·ren [-ˈliːrən] VERB intr PHYS

oszillieren

oscilleren

oszillieren

trillen

oszillieren

slingeren

ˈschil·lern [ˈʃɪlɐn] VERB intr

1. schillern:

schillern

van kleur wisselen

schillern

glinsteren

schillern

iriseren

schillern

changeren

2. schillern übtr:

schillern

zweven

schillern

wisselen

schillern

weifelen

schillern

vaag zijn

schillernde Begriffe

vage [o. onduidelijke] begrippen

Ar·til·le·ˈrie <Artillerie, Artillerien> [artɪləˈriː, ˈartɪləriː] SUBST f meist Sg

Artillerie

artillerie

Artillerie

geschut nt

ba·ˈsie·ren² [baˈziːrən] VERB trans

basieren

baseren

basieren

gronden