Übersetzungen für „Klassenbeste“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

klas·sen·boek <klassenboek|en> [klɑsə(n)buk] SUBST nt

klassenboek

Klassenbuch nt

klas·sen·jus·ti·tie [klɑsə(n)jʏsti(t)si] SUBST f geen Pl

klassenjustitie

Klassenjustiz f

klas·se·ment <klassement|en> [klɑsəmɛnt] SUBST nt

klassement

Rangliste f

klassement

Gesamtwertung f

klas·ge·no·te <klasgenote|s, klasgenote|n> [klɑsxənotə] SUBST f

klasgenote weibliche Form von klasgenoot

Siehe auch: klasgenoot

klas·ge·noot <klasge|noten> [klɑsxənot] SUBST m

klasgenoot

Klassenkamerad m

klas·sen·le·ra·res SUBST f

klassenlerares weibliche Form von klassenleraar

Siehe auch: klassenleraar

klas·sen·le·raar <klassenle|raren, klassenle|raars> [klɑsə(n)lerar] SUBST m

klassenleraar

Klassenlehrer m

klas·sen·le·raar <klassenle|raren, klassenle|raars> [klɑsə(n)lerar] SUBST m

klassenleraar

Klassenlehrer m

klas·se·ren² <klasseerde, h. geklasseerd> [klɑserə(n)] VERB trans (in een klasse onderbrengen)

klasseren

klassifizieren

klasseren

einordnen

klas·ge·noot <klasge|noten> [klɑsxənot] SUBST m

klasgenoot

Klassenkamerad m

tus·sen·bei·de [tʏsə(n)bɛidə] ADV

1. tussenbeide:

tussenbeide komen

eingreifen

tussenbeide komen

einschreiten

2. tussenbeide (niet slecht en niet goed):

tussenbeide

so lala ugs

klas·sen·strijd [klɑsə(n)strɛit] SUBST m geen Pl

klassenstrijd

Klassenkampf m