Niederländisch » Deutsch

piep·beest <piepbeest|en> [pibest] SUBST nt

licht·jes·feest <lichtjesfeest|en> [lɪxjəsfest, lɪxcəsfest] SUBST nt

lie·ve·heers·beest·je [livəherzbeʃə]

lieveheersbeestje [[o. livəherzbescə]] lieveheersbeestje|s SUBST nt:

bak·beest <bakbeest|en> [bɑɡbest] SUBST nt

1. bakbeest (dier):

bakbeest form

2. bakbeest (voorwerp):

knuf·fel·beest <knuffelbeest|en> [knʏfəlbest] SUBST nt

club·geest [klʏpxest] SUBST m geen Pl

kwel·geest <kwelgeest|en> [kwɛlɣest] SUBST m

1. kwelgeest (demon):

Dämon m

2. kwelgeest (lastig, hinderlijk persoon):

team·geest [timɣest] SUBST m geen Pl

vrij·geest SUBST m

vrijgeest → vrijdenker

Siehe auch: vrijdenker

vrij·den·ker <vrijdenker|s> [vrɛidɛŋkər] SUBST m

wijn·feest <wijnfeest|en> [wɛinfest] SUBST nt

plaag·geest <plaaggeest|en> [plaxest] SUBST m


Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski