Übersetzungen für „loge“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

lo·ge <loge|s> [lɔːʒə] SUBST m

loge

Pförtner m

lo·gé <logé|s> [loʒe] SUBST m

logé

Gast m

logé

Logiergast m

logé

Logierbesuch m

we krijgen een logé

wir bekommen Logierbesuch

log <logge, logger, logst> [lɔx] ADJ

1. log:

log (moeilijk in zijn bewegingen)

schwerfällig

log (moeilijk in zijn bewegingen)

träge

log (moeilijk in zijn bewegingen)

ungelenk

log (bewegingen van mensen of dieren)

plump

log (bewegingen van mensen of dieren)

tapsig

een logge geest übtr

ein schwerfälliger Geist

2. log (moeilijk te bewegen, verplaatsen):

log

plump

3. log (lomp, onbehouwen):

log

plump

log

klotzig

log

ungeschlacht

Übersetzungen für „loge“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

(Springe zu Niederländisch » Deutsch)

ˈLo·ge <Loge, Logen> [ˈloːʒə] SUBST f

Loge

loge

log¹

log

logaritme

Siehe auch: Logarithmus

Log·a·ˈrith·mus <Logarithmus, Logarithmen> [logaˈrɪtmʊs] SUBST m MATH

Logarithmus

logaritme

log² [loːk] VERB

log 3. pers Sg Imperf von lügen

Siehe auch: lügen

ˈlü·gen <log, gelogen> [ˈlyːgn̩] VERB intr

lügen

liegen

lügen

jokken

er lügt, dass sich die Balken biegen übtr

hij liegt dat hij zwart [o. scheel] ziet

er lügt, dass sich die Balken biegen übtr

hij liegt alsof het gedrukt staat

wer einmal lügt, dem glaubt man nicht, und wenn er auch die Wahrheit spricht Sprichw

≈ een leugenaar wordt niet geloofd, al zweert hij bij zijn ziel en hoofd

Beispielsätze für loge

we krijgen een logé

wir bekommen Logierbesuch