Übersetzungen für „fühlendes“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

ˈfüh·len¹ [ˈfyːlən] VERB intr

1. fühlen (Gefühl haben):

fühlen

voelen

fühlen

gevoel hebben

2. fühlen (hinterfragen):

fühlen

voelen

fühlen

tasten

fühlen

grijpen

jdm auf den Zahn fühlen

iem aan de tand voelen

3. fühlen (mitfühlen):

fühlen

meevoelen

ein fühlendes Herz

een meevoelend [o. meelevend] hart

ˈfüh·len² [ˈfyːlən] VERB trans

1. fühlen (spüren):

fühlen

(ge)voelen

fühlen

gewaarworden

alle Knochen fühlen ugs

al zijn botten [o. leden] voelen

2. fühlen (das Empfinden haben):

fühlen

(ge)voelen

fühlen

ondervinden

fühlen

(be)merken

Achtung/Liebe für jdn fühlen

achting/liefde voor iem voelen

3. fühlen (erfühlen):

fühlen

voelen (aan)

fühlen

tastend onderzoeken

die Beule am Kopf fühlen

aan de buil op zijn hoofd voelen

jdm den Puls fühlen

iem de pols voelen

ˈfüh·len³ [ˈfyːlən] VERB refl (sich einschätzen)

fühlen

zich (ge)voelen

der fühlt sich aber! ugs

die voelt zich!

der fühlt sich aber! ugs

die heeft een hoge dunk van zichzelf!

ˈzart·füh·lend, ˈzart füh·lend ADJ

zartfühlend

kies

zartfühlend

tactvol

zartfühlend

fijngevoelig

zartfühlend

teergevoelig

Beispielsätze für fühlendes

ein fühlendes Herz

een meevoelend [o. meelevend] hart