Übersetzungen für „motorbende“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

(Springe zu Niederländisch » Deutsch)

Mo·tor·rad SUBST nt

Motorrad

motorrijwiel

Motorrad

motorfiets

Motorrad

motor

mo·ˈto·risch [-rɪʃ] ADJ

1. motorisch MED:

motorisch

motorisch

2. motorisch geh:

motorisch

motorisch

ˈMo·tor·hau·be SUBST f

Motorhaube

motorkap

ˈMo·tor·scha·den SUBST m

Motorschaden

motordefect

mo·to·ri·ˈsie·ren [motoriˈziːrən] VERB trans

motorisieren

van mechanische drijfkracht [o. van motoren] voorzien

motorisieren

motoriseren

ge·stor·ben [gəˈʃtɔrbn̩] VERB

gestorben Part Perf von sterben¹, sterben²

Siehe auch: sterben , sterben

ˈster·ben² <stirbt, starb, gestorben> [ˈʃtɛrbn̩] VERB intr

sterben (aufhören zu leben)

sterven ook fig.

sterben (aufhören zu leben)

overlijden

sterben (aufhören zu leben)

doodgaan

sterben übtr a.

verdwijnen

sterben übtr a. (vergehen)

vergaan

für jdn gestorben sein übtr

voor iem niet meer bestaan

für jdn gestorben sein übtr

bij iem afgedaan hebben

daran [o. davon] stirbt man [o. stirbst du] nicht gleich ugs übtr

daar ga je niet van dood

das große Sterben

de massale [o. grote] sterfte

im Sterben liegen

op sterven liggen

gestorben sein ugs übtr

van de baan zijn

gestorben sein ugs übtr

afgedaan hebben

vor Angst sterben ugs übtr

het van schrik besterven

zum Sterben langweilig

doodvervelend [o. oervervelend] [o. stomvervelend]

ˈster·ben¹ <stirbt, starb, gestorben> [ˈʃtɛrbn̩] VERB trans

tausend Tode sterben

duizend doden sterven

tausend Tode sterben

duizend angsten uitstaan

ˈKopf·en·de SUBST nt

Kopfende

hoofdeind(e)

Kopfende

hoofd nt

Kopfende

kop

am Kopfende des Tisches sitzen

aan het hoofd van de tafel zitten

ˈSonn·wen·de SUBST f

Sonnwende → Sonnenwende

Siehe auch: Sonnenwende

ˈSon·nen·wen·de SUBST f

1. Sonnenwende:

Sonnenwende

zonnewende

Sonnenwende

solstitium

2. Sonnenwende BOT:

Sonnenwende

heliotroop