Übersetzungen für „logistiker“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

lo·gis·tiek¹ [loɣɪstik] SUBST f geen Pl

logistiek

Logistik f

bloem·sui·ker [blumsœykər] SUBST m geen Pl belg

bloemsuiker

Staubzucker m kein Pl

bloemsuiker

Puderzucker m kein Pl

bloemsuiker

Farinzucker m kein Pl

doop·sui·ker <doopsuiker|s> [dopsœykər] SUBST m belg

doopsuiker

anlässlich einer Geburt von den Eltern überreichte Zuckerbonbons

lo·gisch <logische, logischer, meest logisch> [loɣis] ADJ

logisch

logisch

logisch (consequent, logisch juist)

folgerichtig

logisch (sluitend)

schlüssig

logisch (vanzelfsprekend)

selbstverständlich

een logische conclusie

eine logische Folgerung [o. Schlussfolgerung]

de logische principes

die logischen Prinzipien [o. Grundsätze]

riet·sui·ker [ritsœykər] SUBST m geen Pl

rietsuiker

Rohrzucker m

kan·dij·sui·ker [kɑndɛɪsœykər]

kandijsuiker → kandij

Siehe auch: kandij

kan·dij [kɑndɛi] SUBST f geen Pl

kandij

Kandis m

kandij

Kandiszucker m

poe·der·sui·ker [pudərsœykər] SUBST m geen Pl

poedersuiker

Puderzucker m

lo·gies [loʒis] SUBST nt geen Pl

logies

Logis nt

logies

Unterkunft f

logies met ontbijt

Übernachtung mit Frühstück

tes·ti·kel <testikel|s> [tɛstikəl] SUBST m med.

testikel

Testikel m