Übersetzungen für „primärer“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

pri·mair [primɛːr] ADJ

primair

primär

primair (in samenstellingen ook)

Primär-

primaire kleuren

Grundfarben Pl

primaire kleuren

Primärfarben Pl

de primaire levensbehoeften

die elementaren [o. primären] Lebensbedürfnisse

primair onderwijs

Grundschulunterricht m

primair reageren

unmittelbar reagieren

de primaire sector econ.

der Primärsektor

iets primair stellen

einer Sache Dat Priorität geben

primaire wegen

Straßen erster Ordnung

pri·ma [prima] ADJ

prima

prima inv

dat heb je prima gedaan ook ugs

das hast du klasse gemacht

een prima idee

eine prima Idee

een prima idee

eine tolle Idee

in prima staat

in erstklassigem Zustand

pri·maat² [primat] SUBST nt geen Pl (oppergezag, voorrang)

primaat

Vorrang m

primaat

Primat m nt nt form

pri·me <prime|s> [primə] SUBST f

prime

Prim f

prime

Prime f

pri·meur <primeur|s> [primør] SUBST f

1. primeur (eerste openbaarmaking):

primeur

Exklusivmeldung f

de ochtendkrant bracht vandaag een primeur over …

die Morgenzeitung veröffentlichte heute als erste eine Nachricht über …

de primeur van een opera hebben (opvoeren)

die Erstaufführung [o. Premiere] einer Oper leiten

de primeur van een opera hebben (bijwonen)

der Premiere einer Oper beiwohnen

2. primeur:

primeur (eersteling: groente)

erste(s) Gemüse nt des Jahres

primeur (eersteling: vruchten)

erste Frucht f meist Pl des Jahres

pri·mi·tief <primitieve, primitiever, primitiefst> [primitif] ADJ

primitief

primitiv