Übersetzungen für „anrainermacht“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

ˈAn·rai·ner·staat SUBST m meist Pl

Anrainerstaat

aan een rivier [o. zee] (enz.) liggende staat

Anrainerstaat

oeverstaat

ˈAn·rai·ner <Anrainers, Anrainer> [ˈanr͜ainɐ] SUBST m

1. Anrainer ADMIN:

Anrainer

aangelande

Anrainer

buur(man)

2. Anrainer ADMIN:

Anrainer

aanwonende

ˈÜber·macht <Übermacht> SUBST f kein Pl

Übermacht

overmacht

ˈSu·per·macht SUBST f

Supermacht

supermogendheid

ˈSie·ger·macht SUBST f

Siegermacht

zegevierende mogendheid

ˈab·ge·macht [ˈapgəmaxt] ADJ

abgemacht

afgesproken

abgemacht

akkoord