Übersetzungen für „engobieren“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

en·ga·ˈgie·ren¹ [ãgaˈʒiːrən] VERB trans ugs

engagieren

engageren

ˈan·pro·bie·ren VERB trans (von Kleidung)

anprobieren

(aan)passen

pro·ˈbie·ren [proˈbiːrən] VERB trans

1. probieren (versuchen):

probieren

proberen

probieren

beproeven

probieren

een poging doen

2. probieren (testen):

probieren

proberen

probieren

testen

probieren

toetsen

3. probieren (anprobieren):

probieren

passen

ein neues Kleid/neue Schuhe probieren

een nieuwe jurk/nieuwe schoenen passen

4. probieren (kosten):

probieren

proeven

probieren

proberen

5. probieren THEAT:

probieren

repeteren

probieren

instuderen

Probieren geht über Studieren Sprichw

praktijk gaat boven theorie