Übersetzungen für „Vierdaagse“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

eer·daags [erdaxs] ADV

eerdaags

demnächst

eerdaags

bald

meer·daags [merdaxs] ADJ

meerdaags

mehrtägig

vijf·daags [vɛivdaxs] ADJ

de vijfdaagse werkweek

die Fünftagewoche

een·daags [endaxs] ADJ

1. eendaags (één keer per dag):

eendaags

täglich

een eendaagse buslichting

eine tägliche Briefkastenleerung

2. eendaags (een dag durend):

eendaags

eintägig

zes·daags [zɛzdaxs] ADJ

de zesdaagse

das Sechstagerennen

vier·de¹ [virdə] ADJ

vierde

viertel

een vierde deel

ein Viertel

drie vierde

drei Viertel

drie vierde

drei viertel

drie·daags [dridaxs] ADJ

driedaags

dreitägig

vier·kant¹ <vierkant|en> [virkɑnt] SUBST nt

vierkant

Quadrat nt

vier·sna·rig [virsnarəx] ADJ

viersnarig

viersaitig

vier·uur·tje <vieruurtje|s> [viryrcə] SUBST nt belg

vieruurtje

Zwischenmahlzeit f kein Pl am Nachmittag

vieruurtje

Nachmittagskaffee m kein Pl

vieruurtje

Jause f A

al·le·daags <alledaagse, alledaagser, meest alledaags> [ɑlədaxs] ADJ

alledaags

alltäglich

over·daad [ovərdat] SUBST f geen Pl

1. overdaad (overmatig gebruik):

overdaad

Unmäßigkeit f

2. overdaad (het teveel van, m.b.t. iets):

overdaad

Übermaß nt

overdaad

Zuviel nt

3. overdaad (verkwisting):

overdaad

Überfluss m

overdaad schaadt Sprichw

allzu viel ist ungesund