Übersetzungen für „milieu“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

mi·lieu <milieu|s> [mɪljø] SUBST nt

1. milieu (sociale kring):

milieu

Milieu nt

2. milieu biol.:

milieu

Milieu nt

milieu

Umwelt f

de vervuiling van het milieu

die Verschmutzung der Umwelt

3. milieu (onderwereld):

milieu

Unterwelt f

Beispielsätze für milieu

onschadelijk voor het milieu

umweltneutral

schadelijk voor het milieu

umweltschädlich

een ramp voor het milieu

eine Umweltkatastrophe

de vervuiling van het milieu

die Verschmutzung der Umwelt

de verontreiniging van het milieu

die Umweltverschmutzung

voortkomen uit een bepaald milieu

einem bestimmten Milieu entstammen