Übersetzungen für „unterbett“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

wa·ter·bed <waterbed|den> [watərbɛt] SUBST nt

waterbed

Wasserbett nt

bo·ter·berg <boterberg|en> [botərbɛrx] SUBST m

boterberg

Butterberg m

pun·te·ren¹ <punteerde, h. gepunteerd> [pʏnterə(n)] VERB trans

punteren

punktieren

al·ler·best [ɑlərbɛst] ADJ

allerbest

allerbeste(r, s)

op zijn allerbest zijn (goed gekleed)

im Sonntagsstaat sein

op zijn allerbest zijn (in topvorm)

glänzend in Form sein

on·der·be·ta·len [ɔndərbətalə(n)] VERB alleen inf.

onderbetalen

unterbezahlen