Übersetzungen für „vorliegenden“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

voor·lie·gen <loog voor, h. voorgelogen> [vorliɣə(n)] VERB trans

voorliegen

vorlügen

vlie·gend [vliɣənt] ADJ

vliegend

fliegend

een vliegend blad [o. blaadje ] gesch.

eine Flugschrift

het vliegend hert

der Hirschkäfer

vliegende hond

Flughund m

vliegende schotel

fliegende Untertasse f

met vliegende start SPORT

mit fliegendem Start

een vliegende storm

ein heftiger Sturm

in vliegende vaart

in voller Fahrt

de Vliegende Hollander

der Fliegende Holländer

op·vlie·gend <opvliegende, opvliegender, opvliegendst> [ɔpfliɣənt] ADJ

opvliegend

aufbrausend

opvliegend

jähzornig

opvliegend

hitzköpfig

toe·zen·den <zond toe, h. toegezonden> [tuzɛndə(n)] VERB trans

toezenden

zuschicken

toezenden

zusenden

toezenden

zustellen

toe·wen·den <wendde toe, h. toegewend> [tuwɛndə(n)] VERB trans

toewenden

zuwenden

ver·zen·den <verzond, h. verzonden> [vərzɛndə(n)] VERB trans

verzenden

versenden

verzenden

absenden

verzenden

verschicken

verzenden

abschicken

met de trein verzenden

per [o. mit der] Bahn verschicken

per schip verzenden

verschiffen

voor·wen·den <wendde voor, h. voorgewend> [vorwɛndə(n)] VERB trans

voorwenden

vorgeben

voorwenden

vortäuschen

voorwenden (als smoes gebruiken)

vorschützen

voorgewende onwetendheid

vorgetäuschte Unwissenheit f

ziekte voorwenden (als smoes)

Krankheit vorschützen

ziekte voorwenden (doen alsof)

Krankheit vortäuschen

ver·vlie·gen <vervloog, i. vervlogen> [vərvliɣə(n)] VERB intr

1. vervliegen:

vervliegen (snel verdwijnen)

dahineilen

vervliegen (tijd ook)

verfliegen

2. vervliegen (in damp opgaan):

vervliegen

verfliegen

vervliegen

sich verflüchtigen

alcohol vervliegt snel

Alkohol verfliegt schnell [o. verflüchtigt sich schnell]

mijn hoop is vervlogen übtr

meine Hoffnung ist verflogen