Niederländisch » Deutsch
Meintest du vielleicht: ontlopen , ontdooien , ontdekken und ontduiken

ont·lo·pen <ontliep, h. ontlopen> [ɔntlopə(n)] VERB trans

2. ontlopen (mijden):

aus dem Weg gehen +Dat
meiden +Akk

ont·dooi·en <ontdooide, h. ontdooid> [ɔndojə(n)] VERB trans

2. ontdooien übtr:

ont·dui·ken <ontdook, h. ontdoken> [ɔndœykə(n)] VERB trans

2. ontduiken (ontwijken):

ausweichen +Dat

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski