Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „egrijpen“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

Ergebnis-Übersicht

be·grij·pen: Verb
grij·pen: Verb
ver·grij·pen: Verb
be·grij·pend: Adjektiv und Adverb
in·grij·pen: Verb
rij·pen: Verb
aan·grij·pen: Verb
mis·grij·pen: Verb
in·grij·pend: Adjektiv und Adverb

Meintest du vielleicht: begrijpen , grijpen , begrijpend , vergrijpen , ingrijpen , rijpen , ingrijpend , misgrijpen und aangrijpen

be·grij·pen <begreep, h. begrepen> [bəɣrɛipə(n)] VERB trans

1. begrijpen (met het verstand bevatten):

elkaar goed begrijpen

sich gut verstehen

2. begrijpen (omvatten):

de onkosten zijn eronder begrepen

die Unkosten sind dabei inbegriffen

ik heb het daarop niet begrepen (vertrouw het niet)

das ist mir nicht geheuer

ik heb het daarop niet begrepen (ben er niet kapot van)

ich halte nicht viel davon

grij·pen¹ <greep, h. gegrepen> [ɣrɛipə(n)] VERB intr (een grijpende beweging maken)

het anker grijpt

der Anker greift fachspr

de brand grijpt om zich heen übtr

das Feuer greift um sich

dat is te hoog gegrepen übtr

das ist zu hoch gegriffen

naar de pen grijpen übtr

zur Feder greifen

naar de macht grijpen übtr

nach der Macht greifen

naar de wapens grijpen

zu den Waffen greifen

ver·grij·pen <vergreep zich, h. zich vergrepen> [vərɣrɛipə(n)] VERB wk ww

vergrijpen zich vergrijpen:

sich vergreifen

zich aan iem vergrijpen

sich an jdm vergreifen

be·grij·pend [bəɣrɛipənt] ADJ

verständnisvoll

in·grij·pen <greep in, h. ingegrepen> [ɪŋɣrɛipə(n)] VERB intr

1. ingrijpen (zich bemoeien met):

bij een ruzie ingrijpen

in einen Streit eingreifen

dat grijpt diep in in het maatschappelijk leven

das greift tief in das gesellschaftliche Leben ein

2. ingrijpen (optreden):

de politie moest ingrijpen

die Polizei musste einschreiten

3. ingrijpen techn. (in elkaar grijpen):

greifen in +Akk

rij·pen¹ <rijpte, h. gerijpt> [rɛipə(n)] VERB unpers ww (rijp vertonen)

aan·grij·pen <greep aan, h. aangegrepen> [aŋɣrɛipə(n)] VERB trans

dat boek heeft mij erg aangegrepen

dieses Buch hat mich ergriffen

de dood van zijn vader heeft hem erg aangegrepen

der Tod seines Vaters hat ihn sehr mitgenommen

door kou/schrik/angst aangegrepen

von Kälte ergriffen/von Schrecken erfasst/von Angst gepackt

de vechtenden grepen elkaar aan

die Kämpfenden griffen einander an

een gelegenheid aangrijpen

eine Gelegenheit ergreifen

een strohalm aangrijpen übtr

sich an einen Strohhalm klammern

een taak aangrijpen

eine Aufgabe in Angriff nehmen

de ziekte heeft de vrouw sterk aangegrepen

die Krankheit hat die Frau stark angegriffen

mis·grij·pen <greep mis, h. misgegrepen> [mɪsxrɛipə(n)] VERB intr

in·grij·pend <ingrijpende, ingrijpender, ingrijpendst> [ɪŋɣrɛipənt] ADJ

ingrijpende maatregelen

tief greifende Maßnahmen Pl

Linguatec

Wörterbuch durchsuchen

Niederländisch

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski