Übersetzungen für „informationstagung“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

in·for·ma·tie·dra·ger <informatiedrager|s> [ɪnfɔrma(t)sidraɣər] SUBST m

informatiedrager

Informationsträger m

informatiedrager

Datenträger m

in·for·ma·ti·ca [ɪnfɔrmatika] SUBST f geen Pl

informatica

Informatik f

in·for·ma·tie·ba·lie <informatiebalie|s> [ɪnfɔrma(t)sibali] SUBST f

informatiebalie

Informationsstelle f

informatiebalie

Auskunftsstelle f

in·for·ma·tie·lijn SUBST f

informatielijn → infolijn

Siehe auch: infolijn

in·fo·lijn <infolijn|en> [ɪnfolɛɪn] SUBST f

infolijn

Infotelefon nt

in·for·ma·tie·ver·wer·king [ɪnfɔrma(t)sivərwɛrkɪŋ] SUBST f geen Pl

informatieverwerking

Informationsverarbeitung f

informatieverwerking

Datenverarbeitung f

in·for·ma·tie <informatie|s> [ɪnfɔrma(t)si] SUBST f

informatie

Information f

informatie (inlichtingen ook)

Auskunft f

informatie over iets inwinnen

sich über etw Akk informieren

nadere informatie is te verkrijgen bij haar

nähere Informationen [o. Auskünfte] sind bei ihr zu erhalten

te uwer informatie

zu Ihrer Information

de computer slaat informatie op

der Computer speichert Informationen

in·for·ma·tief <informatieve, informatiever, informatiefst> [ɪnfɔrmatif] ADJ

informatief

informativ

in·for·ma·teur <informateur|s> [ɪnfɔrmatør] SUBST m

informateur

die Möglichkeiten einer Kabinettsbildung sondierende(r) Politiker(in)