Übersetzungen für „streven“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

stre·ven¹ [strevə(n)] SUBST nt geen Pl

streven

Streben nt

streven

Bestreben nt

het streven van de mens

das Trachten des Menschen

het streven naar onafhankelijkheid

das Streben nach Unabhängigkeit

het streven naar gemeenschappelijke doelen

die Verfolgung gemeinsamer Ziele

hij slaagde in zijn streven

seine Bemühungen erwiesen sich als erfolgreich

stre·ven² <streefde, h. gestreefd> [strevə(n)] VERB intr

streven

streben

ernaar streven beroemd te worden

es darauf anlegen, berühmt zu werden

ernaar streven de orde te handhaven

danach streben, die Ordnung aufrechtzuerhalten

naar een minnelijke schikking streven

einen Vergleich anstreben

voorwaarts streven

vorwärts streben

Beispielsätze für streven

voorwaarts streven

vorwärts streben

rusteloos naar iets streven

unablässig nach etw Dat streben

het streven naar onafhankelijkheid

das Streben nach Unabhängigkeit

een loffelijk streven

ein löbliches Bestreben

zijn streven is erop gericht …

sein Bestreben geht dahin, dass …

ernaar streven beroemd te worden

es darauf anlegen, berühmt zu werden

naar een minnelijke schikking streven

einen Vergleich anstreben

het streven van de mens

das Trachten des Menschen

het streven naar gemeenschappelijke doelen

die Verfolgung gemeinsamer Ziele

hij slaagde in zijn streven

seine Bemühungen erwiesen sich als erfolgreich

ernaar streven de orde te handhaven

danach streben, die Ordnung aufrechtzuerhalten