Übersetzungen für „concludeert“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

con·clu·de·ren¹ <concludeerde, h. geconcludeerd> [kɔŋklyderə(n)] VERB intr (tot een eis komen)

concluderen

beantragen

tot invrijheidsstelling concluderen

Freilassung beantragen

con·clu·sie <conclusie|s> [kɔŋklyzi] SUBST f

1. conclusie (slotsom):

conclusie

Schluss m

conclusie

Folgerung f

conclusie fil.

Konklusion f fachspr

de conclusie trekken

den Schluss ziehen

de verkeerde conclusie

der Fehlschluss

2. conclusie jur. (gedingstuk van partijen):

conclusie

Schriftsatz m

de conclusie van antwoord

die Klageerwiderung

de conclusie van eis nemen

Klage erheben

3. conclusie jur. (sluitrede):

conclusie

Plädoyer nt

4. conclusie (advies):

conclusie

Gutachten nt der Staatsanwaltschaft

con·creet <concrete, concreter, concreetst> [kɔŋkret] ADJ

concreet

konkret

con·cur·rent¹ <concurrent|en> [kɔŋkyrɛnt] SUBST m

1. concurrent (mededinger):

concurrent

Konkurrent m

2. concurrent (schuldeiser):

concurrent

Gemeingläubiger m

con·cours <concours|en> [kɔŋkur] SUBST nt of m

concours

Turnier nt

concours

Wettbewerb m

een concours voor fanfares

Fanfarenwettbewerb m

con·cept·wet <conceptwet|ten> [kɔnsɛptwɛt] SUBST f

conceptwet

Gesetzentwurf m

con·cor·daat <concor|daten> [kɔŋkɔrdat] SUBST nt

concordaat

Konkordat nt

con·cur·re·ren <concurreerde, h. geconcurreerd> [kɔŋkyrerə(n)] VERB intr

concurreren

konkurrieren

con·cert·mees·ter <concertmeester|s> [kɔnsɛrtmestər] SUBST m

concertmeester

Konzertmeister m

con·cen·tre·ren¹ <concentreerde zich, h. zich geconcentreerd> [kɔnsɛntrerə(n)] VERB wk ww

concentreren zich concentreren (de aandacht richten):

concentreren

sich konzentrieren

con·cur·ren·tie [kɔŋkyrɛnsi] SUBST f geen Pl

concurrentie

Konkurrenz f

concurrentie

Wettbewerb m

concurrentie jur.

Gleichberechtigung f der Forderungen

iem concurrentie aandoen

jdm Konkurrenz machen

concurrentie ondervinden

auf Konkurrenz stoßen

oneerlijke concurrentie

unlauterer Wettbewerb