Niederländisch » Deutsch

lijk·schou·wing <lijkschouwing|en> [lɛiksxɑuwɪŋ] SUBST f

re·cord·po·ging [rəkɔːrpoɣɪŋ]

recordpoging [[o. rəkɔrtpoɣɪŋ]] recordpoging|en SUBST f:

red·dings·po·ging <reddingspoging|en> [rɛdɪŋspoɣɪŋ] SUBST f

be·to·ging <betoging|en> [bətoɣɪŋ] SUBST f (optocht)

ver·ho·ging <verhoging|en> [vərhoɣɪŋ] SUBST f

1. verhoging (het hoger maken):

3. verhoging (het vermeerderen):

5. verhoging (hogere lichaamstemperatuur):

le·ni·ging <leniging|en> [lenəɣɪŋ] SUBST f

stij·ging <stijging|en> [stɛiɣɪŋ] SUBST f

in·voe·ging <invoeging|en> [ɪnvuɣɪŋ] SUBST f

1. invoeging (het invoegen, het ingevoegde):

2. invoeging verk.:

uitdaging SUBST

Benutzereintrag

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski