Übersetzungen für „aangereden“ im Deutsch » Niederländisch-Wörterbuch

(Springe zu Niederländisch » Deutsch)

ˈein·re·den¹ VERB intr (redend bedrängen)

einreden

inpraten (op)

ˈaus·re·den¹ VERB intr A

ausreden

uitspreken

ausreden

zijn rede(voering) beëindigen

er hat ausgeredet

hij is klaar met spreken

ˈnach·re·den VERB trans

1. nachreden (wiederholen):

nachreden

napraten

nachreden

nazeggen

jdm alles nachreden

alles napraten wat iem zegt

2. nachreden (nachsagen):

jdm übel nachreden

van iem kwaadspreken

da·ˈher·re·den VERB trans

daherreden

leuteren

daherreden

zwetsen

un·ter·ˈre·den [ʊntɐˈreːdn̩] VERB refl geh

unterreden

spreken

unterreden

confereren

unterreden

een onderhoud hebben

hin·ˈein·re·den¹ VERB intr

1. hineinreden (dreinreden):

hineinreden

in de rede vallen

2. hineinreden übtr:

hineinreden

zich bemoeien (met)

hineinreden

zich mengen (in)

vor·ˈbei·re·den VERB intr

vorbeireden

langs … heen praten

aneinander vorbeireden

langs elkaar heen praten

ˈmit·re·den VERB intr (mitbestimmen)

mitreden

meespreken

mitreden

meepraten

da habe ich auch ein Wörtchen mitzureden

daarin heb ik ook een woordje mee te spreken

da habe ich auch ein Wörtchen mitzureden

daar heb ik ook nog iets over te vertellen

zer·ˈre·den VERB trans

zerreden

doodpraten

zerreden

stukpraten

über·ˈre·den [yːbɐˈreːdn̩] VERB trans

überreden

overreden

überreden

overhalen

her·ˈum·re·den VERB intr

1. herumreden ugs (belangloses Zeug reden):

herumreden

zwetsen

2. herumreden ugs (ausweichend reden):

herumreden

er omheen praten

ver·ˈab·re·den¹ [fɛɐ̯ˈʔapreːdn̩] VERB trans

verabreden

afspreken

ˈdrein·re·den VERB intr

1. dreinreden ugs (dazwischenreden):

dreinreden

in de rede vallen

2. dreinreden ugs regional (sich einmischen):

dreinreden

laten gezeggen

dreinreden

voorschrijven

jdm dreinreden

zich met iems zaken bemoeien

ˈschön·re·den VERB intr ugs

schönreden

mooipraten

schönreden

vleien