Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „gespannen“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch (Springe zu Deutsch » Niederländisch)

ge·span·nen [ɣəspɑnə(n)] ADJ

1. gespannen (strak getrokken):

gespannen
gespannen spieren

2. gespannen ((geestelijk) in beslag genomen):

gespannen
gespannen
gespannen aandacht
gespannen zijn

3. gespannen (waarin een uitbarsting dreigt):

gespannen
gespannen
gespannen
een gespannen toestand

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski