Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „omkijken“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch (Springe zu Deutsch » Niederländisch)

om·kij·ken <keek om, h. omgekeken> [ɔmkɛikə(n)] VERB intr

1. omkijken (omzien):

omkijken
omkijken
omkijken naar iem

2. omkijken (aandacht besteden):

omkijken
omkijken
naar de zieke omkijken
naar iem/iets niet omkijken
geen omkijken hebben naar [o. aan] iem/iets (geen last hebben)

3. omkijken (uitkijken):

omkijken
naar een huis omkijken

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski