Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „oliegeld“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch (Springe zu Deutsch » Niederländisch)

Ergebnis-Übersicht

klein·geld: Nomen
col·le·ge·geld: Nomen
olie·film: Nomen
olie·verf: Nomen
ge·re·geld: Adjektiv und Adverb
leer·geld
sta·tie·geld: Nomen
on·ge·re·geld: Adjektiv und Adverb
in·leg·geld: Nomen
olie·hou·dend: Adjektiv und Adverb
olie·bron: Nomen
olie·lamp: Nomen
olie·ka·chel: Nomen
spie·gel·beeld: Nomen
kijk·geld: Nomen
call·geld: Nomen
ge·na·geld: Adjektiv und Adverb
hand·geld: Nomen
kost·geld: Nomen

Meintest du vielleicht: kleingeld , collegegeld , leergeld , geregeld , olieverf , oliefilm , ongeregeld , statiegeld , inleggeld , oliehoudend , kostgeld , handgeld , genageld , callgeld , kijkgeld , spiegelbeeld , oliekachel , olielamp und oliebron

klein·geld [klɛiŋɣɛlt] SUBST nt geen Pl

col·le·ge·geld <collegegeld|en> [kɔleʒəɣɛlt] SUBST nt

collegegeld

Studiengebühren Pl

olie·film <oliefilm|s> [olifɪləm] SUBST m

Ölfilm m

olie·verf <olie|verven> [olivɛrf] SUBST f

met olieverf schilderen

ge·re·geld <geregelde, geregelder, geregeldst> [ɣəreɣəlt] ADJ

1. geregeld (ordelijk):

een geregeld huishouden

geordnete Verhältnisse Pl

een geregeld leven leiden

ein geregeltes Leben führen

2. geregeld (regelmatig):

hij komt geregeld te laat

er kommt regelmäßig zu spät

3. geregeld (geordend):

geregelde troepen

reguläre Truppen Pl

leer·geld [lerɣɛlt]

Lehrgeld nt

leergeld betalen übtr

Lehrgeld zahlen

sta·tie·geld [sta(t)siɣɛlt] SUBST nt geen Pl

Flaschenpfand nt

Pfand nt

de fles met statiegeld

die Pfandflasche

on·ge·re·geld <ongeregelde, ongeregelder, ongeregeldst> [ɔŋɣəreɣəlt] ADJ

1. ongeregeld (wanordelijk):

ongeregelde goederen

een zootje ongeregeld

ein regelloses Durcheinander

2. ongeregeld (onregelmatig):

3. ongeregeld (losbandig):

in·leg·geld <inleggeld|en> [ɪnlɛxɛlt] SUBST nt

Einlage f

inleggeld SPORT

Einsatz m

olie·hou·dend [olihɑudənt] ADJ

oliehoudend

olie·bron <oliebron|nen> [olibrɔn] SUBST f

olie·lamp <olielamp|en> [olilɑmp] SUBST f

olie·ka·chel <oliekachel|s> [olikɑxəl] SUBST f

Ölofen m

spie·gel·beeld <spiegelbeeld|en> [spiɣəlbelt] SUBST nt

1. spiegelbeeld (teruggekaatst beeld):

spiegelbeeld

Abbild nt

spiegelbeeld

2. spiegelbeeld (omgekeerde afbeelding):

spiegelbeeld

die twee figuren zijn elkaars spiegelbeeld

die beiden Figuren sind Spiegelbilder voneinander

in spiegelbeeld schrijven

in Spiegelschrift Dat schreiben

kijk·geld <kijkgeld|en> [kɛikxɛlt] SUBST nt

Fernsehgebühr f meist Pl

call·geld [kɔːlɣɛlt] SUBST nt geen Pl

täglich kündbare(s) Geld

callgeld fin.

callgeld fin.

Callgeld nt

ge·na·geld [ɣənaɣəlt] ADJ

als aan de grond genageld

wie angewurzelt

hand·geld <handgeld|en> [hɑntxɛlt] SUBST nt (premie)

Handgeld nt

kost·geld <kostgeld|en> [kɔstxɛlt] SUBST nt

Kostgeld nt

kostgeld (deeltoelage)

Unterhaltsbeitrag m

Linguatec

Wörterbuch durchsuchen

Niederländisch

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski