Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „verteren“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch (Springe zu Deutsch » Niederländisch)

ver·te·ren1 <verteerde, i. verteerd> [vərterə(n)] VERB intr

1. verteren (als voedsel verwerkt worden):

verteren

2. verteren (vergaan):

verteren
verteren

3. verteren (consumpties gebruiken):

verteren

ver·te·ren2 <verteerde, h. verteerd> [vərterə(n)] VERB trans

1. verteren (als voedsel verwerken):

verteren

2. verteren (uitgeven):

verteren
ausgeben
de pot verteren
100 euro te verteren hebben

3. verteren (doen vergaan, vernielen):

verteren
verteren
verteren

Beispielsätze für verteren

de pot verteren
100 euro te verteren hebben

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski