Niederländisch » Deutsch
Meintest du vielleicht: draaideur , debiteur , zwaaideur , fraudeur , klapdeur , kamerdeur , voordeur , deurwaarder , ambassadeur , straatdeur , assuradeur , achterdeur und debatteren

de·bi·teur <debiteur|s, debiteur|en> [debitør] SUBST m

draai·deur <draaideur|en> [drajdør] SUBST f

voor·deur <voordeur|en> [vordør] SUBST f

ka·mer·deur <kamerdeur|en> [kamərdør] SUBST f

klap·deur <klapdeur|en> [klɑbdør] SUBST f

frau·deur <fraudeur|s> [frɑudør] SUBST m

zwaai·deur <zwaaideur|en> [zwajdør] SUBST f

am·bas·sa·deur <ambassadeur|s, ambassadeur|en> [ɑmbɑsadør] SUBST m

deur·waar·der <deurwaarder|s> [dørwardər] SUBST m

1. deurwaarder (gerechtelijk ambtenaar):

deurwaarder
Gerichtsvollzieher m

2. deurwaarder (belastingambtenaar):

deurwaarder
Vollstreckungsbeamte(r) m

de·bat·te·ren <debatteerde, h. gedebatteerd> [debɑterə(n)] VERB intr

ach·ter·deur <achterdeur|en> [ɑxtərdør] SUBST f

as·su·ra·deur <assuradeur|en, assuradeur|s> [ɑsyradør] SUBST m

straat·deur <straatdeur|en> [stradør] SUBST f

Wörterbuch durchsuchen

Niederländisch

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski
Wörterbücher durchsuchen
Beliebteste