Übersetzungen für „poepsimpel“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

dood·sim·pel ADJ

doodsimpel → doodeenvoudig

Siehe auch: doodeenvoudig

dood·een·vou·dig [dotenvɑudəx] ADJ

doodeenvoudig

kinderleicht

sim·pel <simpele, simpeler, simpelst> [sɪmpəl] ADJ

1. simpel (weinig ingewikkeld):

simpel

simpel

simpel

einfach

een simpel geloof

ein simpler Glaube

zo simpel ligt dat!

so einfach ist es!

2. simpel (niet meer dan):

simpel

einfach

ik heb hem simpel gezegd, dat hij gaan kon

ich habe ihm einfach [o. schlichtweg] gesagt, er könne gehen

hij is maar een simpel soldaat

er ist nur ein einfacher Soldat

3. simpel:

simpel (dom(mig))

simpel

simpel (dom(mig))

einfältig

simpel (positief)

schlicht

een simpele ziel

ein simples Gemüt

ge·mom·pel [ɣəmɔmpəl] SUBST nt geen Pl

gemompel

Gemurmel nt ugs

gemompel (heimelijk)

Gemunkel nt ugs

gemompel (heimelijk)

Geraune nt

poe·pen <poepte, h. gepoept> [pupə(n)] VERB intr ugs

poepen

scheißen vulg

poepen (kinderen)

ein Häufchen machen

ge·rim·peld [ɣərɪmpəlt] ADJ

gerimpeld

faltig

gerimpeld

runz(e)lig

gerimpeld (wateroppervlak)

gekräuselt

een gerimpeld voorhoofd

eine runz(e)lige Stirn

rim·pel <rimpel|s> [rɪmpəl] SUBST m

1. rimpel:

rimpel (frons)

Falte f

rimpel (frons)

Runzel f

rimpel (diep)

Furche f

een voorhoofd met diepe rimpels

eine durchfurchte Stirn

rimpels in het voorhoofd trekken

die Stirn runzeln

iems rimpels wegstrijken übtr

jdn seine Sorgen vergessen lassen

2. rimpel:

rimpel (kreuk, plooi)

Falte f

rimpel (vruchten)

Runzel f

3. rimpel (golving op het water):

rimpel

Kräuselung f

rimpel

Kräusel f

wim·pel <wimpel|s> [wɪmpəl] SUBST m

wimpel

Wimpel m

poe·del <poedel|s> [pudəl] SUBST m

poedel

Pudel m

poei·er¹ <poeier|s> [pujər] SUBST m

1. poeier ugs (oplawaai):

poeier

Abreibung f

poeier

Prügel Pl

poeier

Dresche f kein Pl

2. poeier (pegel):

poeier

Bombe f