Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „zwaaien“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch (Springe zu Deutsch » Niederländisch)

zwaai·en1 <zwaaide, h. gezwaaid> [zwajə(n)] VERB trans

zwaaien (heen en weer bewegen)
zwaaien (iets boven het hoofd)
zwaaien (naar iem)
winken +Dat
zwaaien (nonchalant)
iem gedag zwaaien
de scepter zwaaien übtr
das Zepter führen scherzh

zwaai·en2 <zwaaide, h./i. gezwaaid> [zwajə(n)] VERB intr

1. zwaaien (heen en weer bewegen):

zwaaien
aan de ringen zwaaien
met de zakdoek zwaaien
met het handje zwaaien
er zal wat zwaaien voor jou!

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski