Übersetzungen für „kamermeerderheid“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

meer·der·heid [merdərhɛit] SUBST f geen Pl

1. meerderheid (het groter zijn in aantal):

meerderheid

Mehrheit f

meerderheid

Überzahl f

meerderheid

Mehrzahl f

bij meerderheid van stemmen

mit Stimmenmehrheit

bij meerderheid van stemmen

mehrheitlich

in de meerderheid zijn

in der Überzahl sein

2. meerderheid (groep met de meeste stemmen):

meerderheid

Mehrheit f

de zwijgende meerderheid

die schweigende Mehrheit

ver·meer·de·ren¹ <vermeerderde, h. vermeerderd> [vərmerdərə(n)] VERB trans (vergroten)

vermeerderen

vermehren

vermeerderen

steigern

vermeerderen

erhöhen

derde/vermeerderde druk

dritte/erweiterte Auflage f

zijn snelheid vermeerderen

seine Geschwindigkeit erhöhen [o. steigern]

de bevolking vermeerderde zich snel

die Bevölkerung vermehrte sich rapide

ka·mer·meis·je <kamermeisje|s> [kamərmɛiʃə] SUBST nt

kamermeisje

Zimmermädchen nt